Obêtre ziet zichzelf in de eerste plaats als stadskunstenaar. Hij definieert zijn werk als “graffitecturen”, integraties die verbonden zijn met een bepaalde plek waarmee ze gaan resoneren. Hij maakt gebruik van de diversiteit en architecturale dynamiek van de stad. Het is ook in het kader hiervan dat de CENTRALE for contemporary art hem heeft uitgenodigd om te zorgen voor een contrast met de monumentale en eclectische omgeving van het kunstcentrum of beter gezegd om deze te “verfraaien”. Naar het voorbeeld van L’Atlas, die in 2013 de monumentale muurschildering ontwierp die naar de CENTRALE leidt, verwerkte Obêtre ook zijn naam in zijn werk. Hij besliste ook om verschillende materialen (hout, keramische tegels, krantenknipsels, reclameaffiches enz.) te integreren, met uiterst dynamische en intense bas-reliëfs als resultaat. Het werk is geïntegreerd op de hekken van de Sint-Katelijnetoren in barokstijl uit de 17de eeuw, het laatste overblijfsel van de gelijknamige kerk die voorafging aan de huidige kerk, gebouwd in eclectische stijl door Joseph Poelaert in de 19de eeuw. Met deze installatie, gemaakt van ruw en beschilderd hout, biedt Obêtre een nieuw perspectief op dit gevarieerde stedelijke geheel door een visuele dynamiek te creëren naar de ingang van het kunstcentrum van de Stad Brussel. Dit werk is gemaakt in samenwerking met Détours Festival.